Aangezien het bijna Kerst is én deze week het e-book van Kusje in de wind verschenen is, deel ik vandaag graag een stukje over Kerstmis zonder, en toch ook mét, Lieve* op het vrijdagblog ❤

Kerstavond 2011

“Waarom kijk je zo verdrietig mama?” Fluistert Sara zachtjes in mijn oor. Ondertussen staat ze te draaien op haar nieuwe schoenen, balancerend op het voetenbankje in de kerk. Het schijnsel van de vele lampjes laat haar ogen mooi glinsteren in het donker. Met haar ene hand hangt ze aan de houten rugleuning van de bank voor ons en ondertussen laat ze haar bovenlichaam zo ver mogelijk naar voren vallen. Als ze een van haar benen de lucht in zou gooien was het net een ballerina. Ik voel haar lange, losse haren kriebelen in mijn nek. Terwijl ze praat blaast ze zachtjes in mijn oor. “Ik mis Lieve* altijd een beetje meer dan anders met kerst,” antwoord ik eerlijk.

Sara’s ogen lichten op. “O ja, Lieve*,” zegt ze vrolijk. “Die was ik bijna vergeten!” Ik leg mijn wijsvinger tegen mijn lippen en zeg “sst”, om Sara’s steeds harder wordende stem te dempen. “Maar nu weet ik het weer hoor,” vertrouwt ze me toe. Dan draait ze zich om en zet een paar stappen richting opa en oma die verderop een plekje hebben. “Het was een jongetje, toch?” Wil Sara nog weten voordat ze verder loopt. Ze kijkt even achterom en giechelt er een beetje bij, wetende dat haar vraag eigenlijk overbodig is. Ik knik instemmend en besteed er verder geen aandacht aan. Misschien doet Sara dat wel om te bewijzen dat ze het echt nog weet. Alsof ik daaraan twijfel.

Ik vraag me af of ik het haar kan uitleggen. Hoe je iemand die er niet meer is, juist meer mist op momenten dat diegene heel dichtbij is. Er zijn dagen dat je die persoon bijna kunt zien. Met kerst, een verjaardag of andere bijzondere momenten. Wanneer je eigenlijk met zijn allen bij elkaar hoort te zijn. Als gezin. Of familie. Vrienden. Je mist je kind, broer of zus, ouders, vriend of grootouders. Het is als een spiegeling in de ruiten. Een vage schim op de muur. Je weet dat diegene bij je is. En hoe meer je die aanwezigheid voelt, des te groter wordt het verlangen die persoon vast te pakken, aan te raken of maar gewoon even met hem te praten. Hoe groter het gemis.

Later die avond zijn we gezellig samen met familie. Bijna compleet als gezin. Op eentje na dan. Bram is doodmoe en hangt wat rond. Gaat knuffelen met iedereen die hem oppakt. Sara zit op de praatstoel en mengt zich in ieder gesprek. Net als haar vader heeft ze overal wel een mening over ongeacht het onderwerp. Ze zou gerust tot elf uur blijven kletsen, als wij dat goed vonden. En Sofie? Die ligt lekker te slapen in de wagen op de gang. Uitgeput van de kindermis op kerstavond en het vieren van haar verjaardag. Om te voorkomen dat we de gehele kerst verwend worden door chagrijnige kinderen die te laat naar bed zijn gegaan, pakken we rond een uur of negen de spullen bij elkaar.

Plichtsgetrouw drink ik het laatste restje appelsap uit de bekertjes. Zonde om maar gewoon te laten staan. En terwijl ik dat doe, zie ik hem opeens zitten. Aan de rand van Sara’s drankje. Rood met zwarte stippen. Een heel klein lieveheersbeestje. Zomaar op kerstavond. Ik zie het als een bezoekje. Toch allemaal samen met kerst.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s