Een man in een beschermend pak komt de kamer binnen met materieel. Hij is nagenoeg helemaal bedekt in zo’n plastic ruimte-overal waar je ook de kamer in kunt verven. De zwembadschoentjes om zijn schoenen ruisen over de vloer terwijl hij dichterbij komt. Plastic handschoenen schuren over de stang van het karretje en maken een licht geïrriteerd piepend geluid. Op het blad liggen plastic zakjes met materiaal. In de een een dikke spuit, in de ander een grote naald en nog iets met verband.
“We moeten bloed prikken uit de slagader om het zuurstofgehalte in je bloed te bepalen,” zegt het mondkapje. Hij haalt de onderdelen van de spuit uit hun zakje en past ze in elkaar. Een ander ruimtepak komt hem helpen met prikken. Mijn pols wordt stevig vastgehouden en de holle naald naar binnen geduwd. Dieper en dieper gaat het lange metalen ding naar binnen. Zo ver, dat ik de neiging heb om aan de andere kant van mijn arm te kijken of hij er daar weer uit komt. De procedure is vrij pijnlijk. Het wordt licht in mijn hoofd. Groot is dan ook de opluchting wanneer de andere verpleegkundige het drukverband uitrolt en klaar houdt voor gebruik.
Op dat moment ben ik er nogal gelaten onder. Als de ruimtepakken weg zijn vinden Maarten en ik het zelfs best grappig. Ik zit daar met mijn arm in het verband en hij maakt een foto van me met zijn mobieltje. Uiteraard met de arm prominent in beeld. ‘Irene en de Mexicaanse griep’. Dat is leuk om ons toekomstig lentekindje later te vertellen.
Voor we het weten is het twee uur ’s nachts. Maarten gaat naar huis om nog even te slapen.
Met het bed half rechtop en mijn benen boven de dekens probeer ik de slaap te vatten. Ademen gaat nu beter, ondanks dat ik geen medicijnen krijg. Dat durft het medisch personeel niet aan omdat ik in verwachting ben. Met mijn suffe, totaal niet afdoende, standaard ventolin pufje is het me toch gelukt om de boel enigszins onder controle te krijgen. Honderdduizend dingen gaan door mijn hoofd. In gedachten spreek ik met jou. Ben je ook ziek? Of ben je te klein om er iets van te merken?
Elke week krijg ik in mijn mailbox een zwangerschapsupdate, van week tot week. Jouw leven in de baarmoeder. Ik heb hem pas gelezen en ga na wat er deze week allemaal gebeuren moet… Aanleg van de placenta staat op het lijstje. Misschien scheelt dat wel en komt de griep dan niet bij je, denk ik met mijn wazige kop. Schouders, ellebogen, kniën en heupen worden gevormd. Ogen en oren ontwikkelen zich en de meeste interne organen zijn al aanwezig. Al die dingen maken van jou tot een echt mini-mensje. Van embryo naar foetus.
Ik ben er niet gerust op, dat die Mexicaanse griep geen kwaad kan. Maar volgens de arts op de acute opname “krijgen wel meer zwangere vrouwen de griep,” niets om me zorgen over te maken.
Aan zijn ogen zie ik dat hij het niet zeker weet.
Onbewerkt fragment uit: ‘Kusje in de wind: Een onmogelijk afscheid’
Het fysieke boek ‘Kusje in de wind’ en zijn voorloper ‘Zes kleine voetjes en één paar vleugels zijn helaas uitverkocht. Deze boeken zijn wel nog verkrijgbaar als e-book via bol.com, of je kunt ze gratis lezen als je lid bent van kobo-plus.

